© Foto: Job Degenaar
Op 20 januari zond ik als deel van een inzending ook een gedicht toe aan de redactie van tijdschrift Ballustrada, waarvan de oorsprong zich in Pune, India, vier jaar geleden afspeelde in de weelderige tuin van Aga Khan Palace, waar Mahatma Gandhi gevangen heeft gezeten en dat nu een nationaal vrijheidsmonument is.
Het gedicht heeft talloze versies overleefd, waarin ik, nogal geforceerd, een relatie trachtte te leggen tussen de vrolijke verschijning van vijf meisjes op een veranda op een van de bijgebouwen aldaar en de vredelievende betekenis van Gandhi. Ik bleef ermee worstelen en versimpelde het, omdat het me om iets ging wat losstond van Gandhi, iets algemeners: een ogenschijnlijk minieme gebeurtenis uit het verleden - mijn voorval duurde hooguit een minuut - die nog steeds van invloed is.
De versie in het huidige Ballustrada-nummer (36/1-2) is deze:
Terugblik
In een Indiase metropool vol tuktuks
herrie, stank en honger, waar de zon
nog maar net door de smogbank dringt
glinsteren in een paleistuin
vijf local girls van hogere kasten
in de schaduw van een veranda
Een lome groenwitte stroom van geurende
jasmijn omzoomt hen als ze lachend
met v-tekens strooien naar passanten
Misschien dreef iets hen al lang
uiteen, is aan gezin, sleur en plicht
hun zorgeloosheid opgegaan
maar soms, als ik aan weemoed lijd
dan laait die verre roes weer op
van zomer, meisjes en vergetelheid
Hierna heeft het gedicht in vier maanden tijd qua taalgebruik een wat andere wending aangenomen, hoewel het inhoudelijk in tact bleef. Ik trachtte het gedicht algemeen herkenbaarder te maken en stelde me vragen als: waarom zou het een paleistuin moeten wezen, waarom zijn ze locals en van een hogere kaste? Moet ik die tuktuks er wel bij halen? Impliceert smog niet al vervuiling en moet ik per se schrijven dat de stad druk, vies en rumoerig is en dat zij daar weinig last van schijnen te hebben? Kan ik niet in een simpel beeld aangeven wat hun aanwezigheid bij mij deed en is aan weemoed lijden niet erg clichématig? Aan u de vrijheid aan welke versie u de voorkeur geeft.
Verre meisjes
In een Indiase buitenwijk, waar de zon nog net
door een hemelsbrede smogbank dringt
glinsteren in de schaduw van een parkrandveranda
vijf beauties, omzoomd door jasmijnbloemen
gulhartig v-tekens uitdelend aan passanten
vonkend als goudvissen in een stille vijver
Hun gedartel van toen moet al lang
aan plicht en gezin zijn opgegaan
maar soms, op schrale dagen
reiken ze me nóg hun lichte zomer aan