Vier gedichten / Four poems, translated by Hannie Rouweler

Vier gedichten /  

Four poems
Job Degenaar

 

De Wadden

 

Langs verlaten vakantiehuizen

hun schorre kelen in de sneeuw

gesmoord, schooieren fazanten

 

Die zomers aan het duin

waaierend als kamperfoelie

over kreupelhout

 

de lange winters waarin

ons ingedikt bestaan vergleed:

stil werden we ervan

 

Als een open vraag staan we

in de wind, boven het grijze

wad, onder de grijze wolken

 

Uit Dus dit is zomer, Thomas Rap, Amsterdam 1998

 

 

The Wadden

 
Past abandoned holiday homes, their
hoarse throats braised in the soft snow,
pheasants are scavenging around

Those summers at the dunes

fanning out like honeysuckle

over undergrowth

 

the long winters in which

our condensed existence slipped away:

it made us silent

 

As an open question we stand

in the wind, above the gray

mudflats, under the gray clouds

 

Lemster Baai, midwinter

 

Als amandellikeur vloeit

tussen wolken door nog

eenmaal de namiddagzon

over het wijde water:

stroom van langzaam

brons en zilver

 

In het achterland gloeien

vensters op, waar men

gekluisterd aan beelden

van een nooit aflatend

heden, zijn roes van

vrijheid uitzit

 

Uit: Van de arena en het lastdier, Thomas Rap, Amsterdam 1995



Lemster Bay, midwinter


When almond liqueur flows
between clouds, one more time
the afternoon sun
over the wide water;
a slow stream
of bronze and silver

In the hinterland windows

glowing where one could

-stuck to images

of a never ending

today- celebrate his high

of freedom

 

Cadzand, adempauze

 

Gebogen over schelpen, ver

van de katten, ‘t gevecht om lucht

scherpt hij zijn ogen, zoekt

naar ‘t zwart geglinster

van fossiele haaientanden

 

Alleen met de zee en de miljoenen

jaren in z’n hand, luwt zijn hijgen

is er geen tijd, geen leven

dat vijandig op hem wacht

 

Uit: Van de arena en het lastdier, Thomas Rap, Amsterdam 1995

 

Cadzand, breathing space
 
Bent over the shells,
far from the cats, the fight
for air, he sharpens his eyes,
looks for the black glitter
of fossil shark teeth

Alone with the sea and the millions
of years in his hand, his panting
slows down, there is no time, no
life that awaits him with hostility

 

Noordoostpolderblues

 

Een lege bus vervoert gemoedsrust

door een haag van dun geboomte

tussen Bant en Emmeloord

 

in de verte draaien twee koplampen

een ontmoeting komt langzaam op gang

wakkert aan, licht me door en seint:

 

hier is men alleen met z’n dashboard -

Full speed dan maar, de diepte in

naar wie me in haar dromen sluit

 

vlagen heelal rukken aan de auto

als een afgunstige maîtresse

uit de huizen stralen levenslessen

 

Uit: Vluchtgegevens, Liverse, Dordrecht 2011


Noordoostpolder blues
 
An empty bus conveys peace of mind

through a hedge of sparse trees

between Bant and Emmeloord

 

in the distance two headlights turn

a meeting starts slowly

stirs up, enlightens me and signals:

 

here one is alone with his dashboard -

Full speed then, into the depths

to who embraces me in her dreams

 

gusts of universe tear at the car

like an envious mistress

life lessons radiate from the houses

 
   

Translation into English: Hannie Rouweler