De Lemster Toer spreekt

Vanaf de hoogte bezie ik 't klein bedrijf

van mensen op en rond de Streken

en het komen en gaan van schepen

Ik ben hun baken, wijs hen op de tijd

die vliegt en vul met carillon hun hemel

 

Beroemd om scheefgroei of taalverwarring

ben ik niet, zoals m'n verwanten in Pisa en

Babel, maar wel geliefd icoon uit de tijd

van vissers en ambachtslieden, lang voor

pleziervaart de havens overnam

 

Nog worden ieder jaar bij mij de vrijheidsoffers

herdacht, trekken vogels, wind en wolken over

en blijft veel bij 't oude, de markt, kermis, Lemster

Wike, de mannen onder de Hoek, en als de terrassen

in de herfst verstillen, slaan m'n uren luider

 

Och, had men mij voorzien van armen

ik omhelsde m'n dorp om al z'n charme